In 2022 stierven 4,9 miljoen kinderen onder de vijf, meldt UNICEF in een rapport. Een jaar eerder waren dat er nog 100.000 meer.

De kindersterfte neemt al jaren af. Sinds 2000 is het sterftecijfer met 51 procent gedaald. Dat is volgens de organisatie vooral te danken aan "een betere toegang tot gezondheidszorg, waaronder vaccinaties, geboortezorg, hulp bij borstvoeding en diagnose en behandeling van ziektes als diarree, malaria en longontsteking".

Volgens Suzanne Laszlo, directeur van UNICEF Nederland, tonen positieve ontwikkelingen in landen met lage en lagere middeninkomens aan "dat vooruitgang mogelijk is als er maar voldoende wordt geïnvesteerd in gezondheidszorg".

UNICEF noemt landen als Cambodja, Malawi, Mongolië en Rwanda, die de kindersterfte met meer dan 75 procent hebben teruggedrongen.

Toch benadrukt de VN-organisatie dat de relatief lage kindersterfte een "precaire prestatie" is. Onderzoekers zien namelijk zorgwekkende signalen.

Zo dreigt de situatie in de regio ten zuiden van de Sahara de wereldwijde afname van kindersterfte te vertragen. Dat gebied was in 2022 verantwoordelijk voor de helft van alle sterfgevallen onder kinderen onder de vijf jaar.

De Britse ngo Save the Children wijst op de situatie in Soedan, dat al bijna een jaar lijdt onder een oorlog tussen rivaliserende generaals. Volgens de ngo lijden "meer dan 2,9 miljoen kinderen aan ondervoeding en nog eens 729.000 kinderen onder de vijf aan ernstige ondervoeding".

Begin maart luidde het voedselprogramma WFP al de noodklok: de oorlog zou de grootste hongercrisis ter wereld kunnen veroorzaken. Volgens de VN hebben de gevechten al tot duizenden doden en zo'n acht miljoen ontheemden geleid.

Ook in de Democratische Republiek Congo zijn er problemen vanwege een aanhoudend conflict. Het Rode Kruis meldt woensdag dat er buiten Soedan nergens ter wereld zoveel mensen op drift zijn als in Congo. De VN meldt dat 1,1 miljoen kinderen in dat land ondervoed zijn.